NDR


Hoofdmenu
Archief:

Home

Nieuws

Organisatie

Bibliotheek

Fototheek

Videotheek

Museum

Geschiedenis >

Gerard van Eykelenborg
in 1975


Hieronder een boeiend artikel, geschreven door ANDRIES VAN DEN BERG en gepubliceerd in "Draf&Rensport" nr. 8, jaargang 1975.
Onderaan staat een artikel van 40 jaar later, geschreven door Douwe Frerichs in 2015, getiteld 'Misschien ben ik wel te snel gestopt', naar aanleiding van Gerard's deelname aan een gelegenheidskoers voor oud-pikeurs.

"IK HEB ER GEEN SPIJT VAN"

subtitel: GERARD VAN EYKELENB0RG MAAKTE EEN SUCCESVOLLE START IN WATERINGEN

geschreven door Andries van den Berg, in 1975

Het is al weer geruime tijd geleden, dat pikeur Gerard van Eykelenborg afscheid nam van beroepstrainer Piet Smit en zich vestigde in het Zuidhollandse Wateringen, dichtbij Delft. Het was de tweede keer dat Van Eykelenborg het moeilijke trainersvak inging. Vlak na zijn verhuizing sprak ik hem op de Hilversumse renbaan en toen vertelde hij me, dat hij een klassepaardje op stal had staan. We zouden nog wel meer van „dat beestje" horen. Dat paard heette Kees Verkerk. Gerard van Eykelenborg heeft het toen goed gezien. Het „Heya, heya, Keessie", dat op de ijspistes tot het verleden was gaan behoren, kwam op de drafpistes tot nieuw leven. Toch was het niet alleen dit paard, dat Van Eykelenborg op de voorgrond bracht.

Derby E
We schrijven anno 1966. De Derby E der dravers krijgt plotseling een verrassende wending door het meer of minder falen van favoriete Eronica W, Zij wordt op Duindigts laatste rechte eind overompeld door Emberiza S met Gerard van Eykelenborg, die op de finishlijn zijn zweep al zegevierend omhoog steekt. Te voorbarig, want in een kolossale eindrush brengt Martin Vergay niet alleen Elisabeth Hollandia naast Emberiza S, maar bovendien nog net een neusje eerder door de finish. Voor beide paarden wordt een kilometertijd van 1.26,1 afgedrukt. De Limburgse stal Marion boekt een eclatant succes, want de twee merries behoren deze stal toe.
Natuurlijk komt zo'n koers ter sprake, wanneer je praat met Gerard van Eykelenborg (31), vader van een dochter van zes en een zoon van twee jaar. „Ja, die Derby is tot op heden wel de mooiste koers van mijn leven geweest. 't Was adembenemend, die finish. We moesten tien minuten wachten op het ontwikkelen van de finishfoto. Ik dacht dat ik had gewonnen, maar het was toch anders."

Boven: Links loopt Elisabeth Hollandia (Martin Vergay) en
rechts Emberiza S (Gerard van Eijkelenborg).
Beide merries waren in bezit van Stal Marion van de
gebroeders Snetselaar, die later Stoeterij Buitenzorg zouden
opzetten. Elisabeth won de Derby met een neuslengte.

Boven: de finishfoto als bewijs.

Van leerling tot trainer tot meesterknecht
Door zijn vader, die een groentezaak had, is Gerard van Eykelenborg in de drafsport terecht gekomen. Gerard: „Hij had zelf een draver, Loblied A, die heeft nog een paar maanden bij Nico Bloemsaat op Mereveld gestaan. Als kleine jongen was ik vaak in de stallen te vinden en toen Loblied A naar Willem Leeuwenkamp verhuisde, ging ik zo gezegd mee. Willem was een beetje gek met me en op veertienjarige leeftijd ben ik by hem afs volontair begonnen. M'n eerste zege als leerling-pikeur behaalde ik met Upper Ten. Dat was grandioos. De tweede overwinning behaalde ik met Quick Jimmy, een verre outsider. Ik herinner me dat zo goed, omdat de eigenaar zo blij was, dat hij me een paar rijlaarzen gaf, een heel cadeau voor die tijd. Na Willem Leeuwenkamp ben ik in de leer geweest bij Jan de Graaf, Piet Smit, Jan Hoejenbos, Peter Koppejan, Buddy de Vries en Abe Siderius. Bij elk van hen heb ik veel geleerd. In die beginperiode heb ik ook monté-koersen gereden. Op 2 oktober 1963 behaalde ik in Monchengladbach mijn tiende zege. Dat was met Bonnes Nouvelles. Daarna ben ik als trainer begonnen voor de gebroeders Snetselaar. Gedurende twee jaar heb ik dat mogen doen en met mijn veertien à vijftien ter beschikking staande koerspaarden heb ik veel succes gehad. We hadden altijd wel geld als we op huis aangingen. Ik denk bijvoorbeeld aan een Emberiza S, een enorm talent, dat naast haar tweede plaats in de Derby, de Sweepstakes, de Prijs der Driejarigen en de Derbyproef won; aan Duchesse Mac die toen al enorme capaciteiten toonde maar pas later bij Jan Wagenaar helemaal uit de verf kwam; aan een Duinpieper S en een Black Hollandia." In 1966 bezette Gerard van Eykelenborg de twaalfde piaats op de rangiijst der beroepstrainers. Uit 135 starts behaalden zijn pupillen toen 26 overwinningen en 49 plaatsen, hetgeen in totaal f 59.725 opleverde.
Gerard: „Daarna hadden de Snetselaars geen interesse meer in het koersen en specialiseerden zij zich op de fokkerij. Ik heb daar toen een half jaar ingezeten, maar dat was niks voor me. Dat moet Piet Smit op de een of andere manier geweten hebben, want op zekere dag belde zijn vrouw Thea me op om te vragen of ik geen zin had om bij Piet te komen werken. Het trok me direct want Piet is een sympathieke trainer, een van de echt sportieve drafsportmensen, die altijd eerst het belang van het paard willen zien.

Boven: De 18-jarige leerlingpikeur Gerard van Eykelenborg gaat hier
met Yewel Boy op weg naar de start te Duindigt d.d. 14-10-1962.

Boven: Sweepstakes Merries 1966: Emberiza S en
Gerard van Eykelenborg tijdens de huldiging.
Achter Gerard staan de gebr. Snetselaar
en daarnaast Piet Meinardi.

Boven: Ook Peter Koppejan was verbonden aan Stal Marion.
Hij zit hier als pikeur achter Emberiza S en
Gerard leidt de merrie aan het hoofd.

Gunnar Dear
Piet Smit heeft zijn „meesterknecht" altijd veel kansen gegeven. Van Eykelenborg kijkt dan ook met heel veel plezier op die tijd terug. Veel furore heeft Gerard met name gemaakt met Gunnar Dear, de Enterprise-zoon van fokker-eigenaar R. J. Huizinga te Zuidwolde. Gerard: „Van meet af aan kon ik het goed met hem vinden. Als tweejarige was hij niet klaar voor de koers en als driejarige zijn wij voorzichtig met hem begonnen. Hij was laat rijp. Piet Smit kon het niet zo gemakkelijk met 'm klaren en toen hij voor de tweede keer de baan op moest, zei Piet: „Eykel, jij d'r achter!". We kwamen als tweede binnen en de keren daarop wonnen we. Zijn laatste koers als driejarige was het Criterium, waarin de hengst van start af een fout had, maar toch derde werd. Hij kwam niet geheel rad uit de koers en ging toen op rust. Daarna is het hem steeds beter gegaan. Vooral de eerste jaren leefde hij in de schaduw van trainingsgenoot Gallant Way, een natuurdraver, hard en vroegrijp. Gallant won op z'n speed, Gunnar op z'n vechtlust, Gunnar Dear, altijd wat moeilijk in de bochten, is een winnaar, die het hebben moet van het laatste rechte eind, je moest 'm altijd op de finish af rijden. Dat is een kwestie van timing. Ik moest wel zo rijden, want hij had de neiging zich naar de kop te vechten en wanneer die 'm dan had liet hij zich afzakken. Ja, Gunnar was een crack, een keiharde, een paard met karakter. Ze hebben toen wel eens gezegd, dat ik hetzelfde karakter heb," merkt Gerard glimlachend op.
Gunnar Dear was een dankbaar paard. Hij won bijvoorbeeld de Prijs der Veelbelovenden, tweemaal de interland Holland-België, het Criterium der Vijfjarigen, het Selectiekampioenschap der Vijfjarigen, de Grote Benelux-prijs en de Gold Cup. Vermeldenswaardig zijn ook een tweede plaats in het Kampioenschap van Nederland en een eervolle derde plaats in het Internationaal Kampioenschap der Vijfjarigen, dat op de Zweedse baan Solvalla werd verreden. Vorig jaar nog liep de hengst tijdens de Prijs der Giganten zijn record 1.18.8 en inmiddels is zijn winsom opgelopen tot f 150.095, waarmee hij na Gallant Way, die tot f 154.050 kwam, de succesvolste draver van zijn jaargang is. Meade door de verrichtingen van Gunnar Dear viel Van Eykelenborg op als een uitstekend finishrijder en nog niet zo heel lang geleden vertelde kampioenpikeur Jan Wagenaar, dat een finish rijden met Gerard van Eykelenborg (of Jan van Dooyeweerd) een onzekere affaire is.

Boven: Gunnar Dear en zijn vaste pikeur Gerard van Eykelenborg.
Gunnar is opgenomen bij de BN-ers in onze Hall of Fame,
met een overzicht van zijn carrière en veel foto's.
Click hier


Toekomst
In een interview in het Utrechts Nieuwsblad van medio 1972 vertelde Gerard over zijn toekomstplannen het volgende:
„'k Hoop uiteraard nog wel eens voor mezelf to beginnen. Ik stel mezelf echter nogal hoge eisen en zo'n start is dan wel een groot probleem. Tot op heden heb ik mezeif er nooit helemaal rijp voor gevoeld. Het trainen van een draver is ook zo moeilijk. Beslag, de juiste balans, het zijn allemaal zaken waar je nooit genoeg ervaring in kan hebben. Ik zeg altijd: „oren en ogen gebruiken, daar leer je het meeste van."
Niet zo heel erg lang daarna kwam Gerard's kans. Een kans, die uit uiterst droeve omstandigheden ontstond. Stal Westland, in casu de heren Vincent Disselkoen en Tom v. d. Lubbe - waar later Cor Disselkoen bij is gekomen - had een jong en talentvol pikeur (Eddy Schwarz) aangetrokken, doch door een noodlottig ongeval kwam deze te overlijden. Via Jan Hoejenbos, waarmee Gerard in de tijd van de Snetselaars samenwerkte, kwamen de eigenaren van Stal Westland bij Van Eykelenborg terecht. Gerard: "We zijn toen wezen kijken en het stond ons wel aan. Ik heb toen gesproken met Piet en we hebben toen op een heel goede manier afscheid genomen. Ik ben nog steeds erg goed met hem. We zijn toen naar Wateringen verhuisd."

Goede accomodatie
Gerard beschikt thans over een goed stallencomplex, waaraan momenteel nog het nodige wordt verbouwd. Zes ha. grasland geven de mogelijkheid de paarden regelmatig en vaak te weiden. Toen de kersverse trainer in dienst trad, bestond de trainingsbaan uit een hobbelig en modderig pad, dat heen-en-weer moest worden gereden. Daarvoor is nu een goede, 850 meter lange trainingsbaan in de plaats gekomen naar voorbeeld van de baan, zoals Martin Vergay en Guus Knijnenburg hem hebben. Voor de baan echter gerealiseerd was moest Gerard met de vrachtwagen tweemaal per dag op pad. Gerard. „We gingen dan naar het strand in 's-Gravenzande. Je kon dan tien paarden uitrijden en dan was de dag al weer om." Met zijn eigenaren heeft Gerard een voortreffelijke samenwerking weten op te bouwen. De wensen, die Gerard naar voren bracht, werden vervuld - recentelijk nog een royale vrachtauto - en met het oog op de toekomst hebben zij verschillende zeer jonge dravers aangekocht. Wanneer we hem voorzichtigjes vragen of er niet een gevaar schuilt in het hoofdzakelijk voor een eigenaar werken, antwoordt hij vastberaden: „Dat zie 'k heel niet zitten. Ze laten me niet in de steek, zelfs al zou het een tijdje minder gaan. We hebben de laatste tijd leuke successen behaald. Vincent is zelfs wel bang, dat wanneer er een terugslag komt, ik er niet tegenopgewassen ben. Kijk, deze eigenaren zijn zakenmensen, ze weten wat er te koop is. Ze zijn ook zakelijk wanneer het over het al dan niet aanhouden van een bepaald paard gaat."

Bedankt, baas
De goede sfeer, het prettige werkklimaat, de zelfstandigheid - gepaard gaande met een flinke dosis vakkennis en werklust - en een royale woongelegenheid waren kennelijk inspirerende ingredienten. Al snel reed Gerard van Eykelenborg zich op de voorgrond door successen met paarden, die eigenlijk „afgeschreven" waren. Don Camillo bijvoorbeeld. Diens carriere veroorzaakte wat slijtageverschijnselen. Gerard: "Ze hebben nog veel plezier van dat paard gehad. Zijn eigenaar beloofde toen ik kwam, dat wanneer hij nog een keer zou winnen, wij een diner zouden krijgen. Wel, dat is een heel festijn geworden. Bovendien kregen we een taart met het opschrift: „Bedankt baas, voor het vele geduld en vertrouwen". Dat was heel erg leuk." Met Enterprise Hollandia heeft Gerard ook nog heel wat successen behaald. „Een fijn paard met veel klasse. Vlak voordat Geersen stierf, ben ik nog bij hem geweest en toen zei deze vakman me nog, dat hij het altijd een klassepaard had gevonden, maar dat het er door ongelukjes en wat pech nooit uit was gekomen. Ja, Geersen. Ik heb jammer genoeg nooit bij hem gewerkt. Maar wat was hij een geweldenaar. Ik genoot ervan zoals hij een paard „op handen" naar de finish bracht.

Kees Verkerk
Het entrainement telt momenteel 25 dravers, die door Gerard worden getraind. Hij wordt daarbij geassisteerd door Freddy Ladrak en Myra Horst. Gerard heeft geen spijt, dat hij de stap heeft gewaagd. In Morning Star en Mylaine D heeft hij talentvolle paarden. Wanneer Lya D in orde komt - heeft momenteel last van een hardnekkige beenverwonding - rekent hij haar tot de top van de L-jaargang. Iltis Hollandia is een dankbaar paard. Topper van de stal is natuurlijk Kees Verkerk. De schaatsenrijder himself is onlangs wezen kijken. Gerard: „Een fijne jongen, die in het verleden te bescheiden is geweest. We hebben draver Kees ingespannen en een gezellig gesprek gevoerd, waaruit bleek, dat bij schaatsenrijder en paard in het afwerken van de afstand de nodige vergelijkingen te signaleren waren: langzame beginner, goede stayer, snel eindschot. Het bezoek werd afgelegd in het kader van het tv-programma "Sterren kijken". Net was een leuke ervaring. De vrouw van Kees Verkerk is trouwens stapelgek op paarden."

Kees

Boven: Kees en Kees poseren op het ijs van de Rottemeren,
voorafgaand aan de grote match-a-deux.
Gerard zit wat onwennig op de arrenslee.
Ansichtkaart met daarop de handtekening van
Cornelis Verkerk, de schaatser.

Kees

Kees en Kees duelleren op het ijs van de Rottemeren,
Gerard van Eykelenborg remt wat bij op de arrenslee.
De grote winnaar was natuurlijk Kees Verkerk!

Kees

Boven: Bij het afscheid van de draver was natuurlijk ook
de fameuze schaatser aanwezig. Beide Kezen hadden hun
"bontje" op.

topper

Hier poseren Kees en Gerard in hun stal.

Collegialiteit
Vragend naar de basis van het succes, antwoordt Gerard: „Allereerst moet je natuurlijk gezond materiaal hebben. Dan goede paarden want met slechte paarden kun je nu eenmaai niet winnen. Met name Tom v. d. Lubbe heeft daar goed kijk op. Verder is een goede accommodatie om in te werken van groot belang. Je eigen karakter speelt ook een belangrijke rol. Jaren geleden maakte Duchesse Mac steeds een foutje en ik wist niet wat het was. Dat ga je dan afreageren, net zoals je dat kan gebeuren in een periode dat het niet wil. Vrouwen van pikeurs maken heel wat mee. Door de jaren heen ben ik wel rustiger geworden. Ik heb grote koersen gewonnen omdat ik rustig ben. Voorts moet je er wel wat voor doen, 't is werken geblazen."

Spijtig vindt Van Eykelenborg het, dat de trainers en rijders in collegialiteit zoveel tekort schieten. „Wanneer ze allemaal eens wat collegialer met elkaar omgingen, zou er veel meer te bereiken zijn." Op deze gedachte wat doorpratend, zegt hij later relativerend: „Wanneer er een periode in je carrière is, waarin je weinig verdient, dan leer je je ware vrienden kennen."

De duisternis waart reeds over het Westland, wanneer we afscheid nemen. Terwijl ik m'n auto start, heeft Gerard de werkplunje al weer aan. „Ik ga de baan nog even slepen", zijn zijn laatste woorden......

(einde eerste artikel uit 1975)

Latere jaren:
Grote successen volgen later, zoals ....

topper

Boven: Aankomst van de Derby-V in 1982:
Vanvouver Cede (6) wint met Gerard op de sulky.

draver

Boven: Aty v.d. Lente heeft zojuist de Bever-prijs gewonnen
en daarmee Gerard van Eykelenborg zijn 1000e zege bezorgd.
Duindigt 30-8-1987.


koerspaard

Boven: Cortoz Crown en Gerard bij de huldiging.


topper

Boven: Gipsy Westland bij haar grootse overwinning
in de Derby van 1992.

topper

Boven: It's Buitenzorg wint met gemak de Derby van 1994.


Videobeelden van de Derby I uit 1994

TV-verslag van de Derby met commentaar van Hans Eysvogel,
die Gerard interviewt vóór de koers.



In het weekblad Draf&Rensport (nr 34 - 2015) stond onderstaand artikel naar aanleiding van een gelegenheidskoers voor oud-pikeurs tijdens Derbydag 2015 op Duindigt, d.d. 23 augustus 2015.

Titel: 'Misschien ben ik wel te snel gestopt'

door Douwe Frerichs

Drievoudig Derbywinnaar Gerard van Eykelenborg (Utrecht, 1943) verrichtte vorige week in de toepasselijke omgeving van het NDR-Museum op Duindigt de loting van de Derby. Hij deed het met schaamrood op de kaken, want zijn hand zette seriewinnaars Fame Boko op 8 en Flavius op 6. "Winnaars met slechte startnummers opzadelen is niet juist", meende hij. In het museum leende hij meteen even zijn legendarische rode buis met witte stippen voor de 'Race of the Legends'. Het wordt een comeback na 15 jaar. "Ik vind het een zeer leuk initiatief, waarbij vooral Rob de Vlieger een pluim verdient voor de organisatie!"

Boven: Gerard van Eykelenborg in 2015.


"Jongens, morgen komt Gerard van Eykelenborg hier twee dagen meetrainen", vertelde Paul Hagoort enkele weken geleden in de kantine enthousiast tegen zijn medewerkers om vervolgens de verbaasde koppen te moeten uitleggen wie dat nu wel niet was. "De jeugd kent mij niet meer", grinnikt Gerard van Eijkelenborg en dat begrijpt hij wel. 15 jaar geleden doofde zijn topsport carrière als trainer/pikeur als de bekende nachtkaars. Gerard was jarenlang uitermate succesvol geweest met de paarden van Stal Westland van eerst Cor Disselkoen en later André van Mierlo. Twee grote Westlandse groenten- en fruit ondernemers. Op vrijwel alle erelijsten van de bekende klassiekers prijkt zijn naam. En iedereen kent wel de namen van zijn succespaarden. Ten eerste natuurlijk Kees Verkerk, met 235 starts de sterkste draver aller tijden, maar ook de drie Derbywinnaars Vancouver Cede, Gipsy Westland en It's Buitenzorg. Vip D, Zambesi Cede, Arhus Cede, Aty van de Lente, Cortoz Crown, Famico Westland en Jacco Enzelens zijn namen die zomaar te binnen schieten. De geruisloze wijze waarop Van Eykelenborg ineens uit de sport verdween was choquerend. De huidige VDRP-voorzitter Frank Crebas schrok er zo van dat hij ook maar stopte met de paarden en bij internetbedrijf Marktplaats ging werken. Met de bekende gevolgen. Hij zei in een interview met de Volkskrant. "Ik zag dat mijn grote held Gerard van Eykelenborg stopte met racen en vrachtwagenchauffeur werd. Ik dacht: dat mag mijn toekomst niet zijn". Zelf heeft Gerard er weinig over gesproken. En ook deze middag, aan het tafeltje aan het raam in het Westlandse café-restaurant 'de Bonte Haas' gaat hij zijn emoties uit de weg: "Ik ben nooit een jongen geweest van het sentiment. Ik kijk graag vooruit." Toch zonde met zoveel mooie herinneringen, opper ik. De barricade in het geheugen is de wijze waarop het Westlandse entrainement aan de Heulweg onder zijn vingers verdween, al hoor je hem er niet over. "Ook mijn eigen schuld. Ik heb me nooit zorgen gemaakt over geld. Toen ik klein was stopte mijn moeder al dikwijls wat geld in mijn broekzak. Als privétrainer had ik veel privileges. Ik kreeg een goed salaris en kon me volledig richten op de paarden. En ik had een geweldige accommodatie en een mooi huis. Totdat het hele spul moest wijken voor de nieuwe weg. Er werd een andere woning voor ons gezocht en we vertrokken." De paarden werden via een liquidatieveiling bij Buitenzorg verkocht. Gerard zag het zwijgend aan. André van Mierlo kocht samen met Ed Maas een aantal paarden terug waaronder It's Buitenzorg waarmee Gerard zijn derde Derby ook nog won. En met Jacco Enzelens was hij een jaar later tweede achter geweldenaar John F Boko, het hoogst haalbare resultaat. "Bij de stal van Guus Knijnenburg, huurde ik boxen, maar ik kon daar niet trainen zoals ik het gewend was. Later ben ik vertrokken naar Jan Hoejenbos in Lynden, die ik wilde helpen omdat hij boxen leeg had. Dat was achteraf gezien geen goed idee en omdat Ed Maas zijn paarden verkocht en ik weinig aanvoer had besloot ik de handdoek maar te werpen. Ik vond toen dat de sport weinig perspectief bood. Belangrijk was dat mijn vrouw Anne zo enthousiast reageerde. Ze was ook een beetje klaar met het wereldje", aldus Gerard.
Hij kan zich niet precies herinneren wanneer hij zijn laatste koers reed. Enig speurwerk op de NDR-site brengt ons op 30 augustus 1999, met Jacco Enzelens in Gelsenkirchen. Hoe geruisloos kan een acteur het toneel verlaten? Gerard was bovendien nog maar 58 jaar. "Ik moest wat anders gaan doen en kon als chauffeur voor kledingketen Miss Etam aan de slag. Als ik dan in ergens in Nijmegen zo'n klerenrek stond uit te laden, dacht ik weleens 'ze zouden me nu eens moeten zien.' Ik werd daar niet gelukkig van en heb het niet lang volgehouden. Ik was ook veel te klein om die rekken te duwen. Ik heb het geluk dat ik twee geweldige kinderen heb en ben mijn zoon Winston gaan helpen in zijn succesvolle wijnhandel."

'Fietsen verleer je ook niet'
Toch bleef de sport en de wijze van afscheid wel aan hem knagen. "Ik denk nu dat ik te vroeg ben gestopt. Ik wilde ook geen `Heintje Davids' worden. Mede om Anne niet teleur te stellen ben ik er nooit over begonnen om het weer op te pakken. Zij heeft altijd keihard meegewerkt aan stal en klaagde nooit. Ik heb mijn vergunning niet meer verlengd, maar ben de sport op de voet blijven volgen". Als 'afkick-paard' fungeerde Uno de Bruin van zoon Winston die bij Rob van Toor op stal stond. "Ik was af en toe op Duindigt om hem te longeren, maar heb niet meer gereden".
En zo verdween een vakman uit de sector. Een sector die mede wegens voortdurende wisseling van de wacht geen enkele nazorg aan haar deelnemers biedt. Geen toegangskaart voor het leven, gratis verlenging van de vergunning of invitaties voor grote evenementen. Van Eykelenborg had best wat voor de NDR willen doen. Zoals collega Kromkamp starter werd en Manus Bouwhuis als coordinator op de kortebaan aan de slag ging. "In tegenstelling tot vroeger liggen de banen er ook met voor het oprapen. "Ik ben nu 73 jaar en vind het wel best. Winston heeft deel in een paar goede paarden waaronder Regio. We volgen daardoor de sport op de voet, we lezen het boekje en kijken naar Runnerz. We hebben ook veel plezier van onze zes kleinkinderen. Maar toen Rob de Vlieger belde met de vraag of ik wilde deelnemen aan deze koers zei ik direct ja. Winston drong aan dat ik eerst nog wat zou trainen. Ik kon bij Paul Hagoort terecht om uit te rijden en heb daar twee fantastische dagen beleeft. Paul maakte zich helemaal niet druk over gebrek aan ritme. 'Fietsen verleer je toch ook niet', zei hij." Bij Hagoort ontdekte Gerard dat er op het gebied van training veel is veranderd. "Ik reed Tiger Wood As in partij met Trillo Park. Geweldig wat een vermogen die paarden hebben. Paul doet veel op een strip en daar gaat het dikwijls voluit. Dat deed ik vroeger helemaal niet. We kwikkelden maar wat rond en gaven vooral veel duurwerk. Je zat de hele dag op de kar."
Van Eykelenborg ziet meer dingen die hij - met die weinig zinvolle `kennis van nu'- misschien anders had moeten aanpakken. "Paul selecteert en stopt met paarden waar hij geen brood meer inziet. Dat heeft hij altijd al zo gedaan. Ik kreeg vroeger alle aanvoer van Cor Disselkoen en Andre van Mierlo die zelf ook fokten. Ik selecteerde niets en trainde ze allemaal. Je stopte pas als ze niks meer verdienden of echt geen talent hadden. We hadden de stal wel wat professioneler kunnen inrichten. Ik heb, denk ik, jarenlang zelf ook met een dicht hoofdstel rondgelopen." In feite werkte Gerard als privétrainer in een beschermde omgeving. Hij kwam met een vrachtwagen naar de koers en had verder met niemand wat te maken. "Ik kon het altijd wel vinden met mijn collega's, maar hoefde nooit te lobbyen voor eigenaren. Ik richtte me op de paarden, maar moest het echt hebben van mijn procentengeld. Daardoor kreeg ik naam als felle rijder. Ik was een broodvechter." Van Eijkelenborg was gefocust op resultaat en was chagrijnig als niet werd gewonnen. Het is een winnaarsmentaliteit. Hij nam weleens risico's in de slotfase en moest menig keer 'naar boven'. Door zijn scherpe rijstijl werd Gerard populair bij de wedders. Ze kregen altijd waar voor hun geld. Het verhaal dat Van Eykelenborg nog nooit op fotofinish is verslagen, wordt lachend weggewuifd. "In de Derby E reed ik met Emberiza S die op foto tweede werd achter Elisabeth Hollandia met Martin Vergay. Ze waren van dezelfde eigenaar." Dan hebben we hebben het wel over de Derby van 1966 in een tijd dat Gerard werkte voor de voor gebroeders Snetselaar te Baarlo.

Al jong in de paarden
Van Eykelenborg is een geboren Utrechtenaar, zijn vader had een groentezaak en vervoerde zijn handel nog met paard en wagen. "Ik had als kleine jongen al een klik met dat paard. Mijn pa had een draver genaamd Loplit A bij Nico Bloemsaat. Zo ben ik besmet geraakt. Toen ik 16 was werd ik leerling bij Leeuwenkamp in Hilversum, maar ik heb eerst twee jaar alleen boxen gemest voordat ik achter een paard mocht zitten. Zo ging dat vroeger." Via Jan de Graaf belandde Gerard bij Willem Leeuwenkamp en later Piet Smit. Daar volgde zijn eerste zege met een paard genaamd Upper Ten. Na Leeuwenkamp ging Gerard naar trainer Jan de Graaf op sportpark Hilversum en daarna belandde hij bij trainer Piet Smit op Mereveld. Na Piet Smit vertrok Gerard naar Baarlo waar hij bij Jan Hoejenbos werkte. "En daarna terug naar Piet Smit en voor hem mocht ik met Gunnar Dear naar Solvalla om deel te nemen aan het EK 5-jarigen in 1970. We werden er derde en mochten met zijn drieen voorrijden. Iedereen juichte. Koersen in het buitenland was toen iets heel speciaals." Het was ook Piet Smit die Gerard tipte over een heel knap en vooral lieve serveerster bij Boerderij Mereveld ". Dat was Anne. Maar ik kreeg wel de wijze raad om wat meer aandacht aan een vriendin te geven. De vorige zat altijd op de bank te wachten waar ik bleef. We zijn dus al een eeuwigheid samen." Niet lang daarna vroeg Gerard om 10 gulden opslag. "Smit zei dat dat niet kon. Ik was blij, want toen durfde ik op te zeggen. Ze zochten bij Stal Westland een opvolger van trainer Edwin Schwarz die bij een noodlottig auto-ongeval om het leven was gekomen. Ik besloot naar het Westland te komen, waar Kees Verkerk me stond op te wachten..." Van de laatste heeft Anne een vuistdik plakboek verzameld. "Dat bladeren we nog wel eens door. En dan zie je al die krantenartikelen en denk je, goh, het stelde eigenlijk wel wat voor."

Zondag is Gerard samen met 10 oude topcollega's terug in de koers. Via een voor hem wel gelukkige uitgevallen loting is hij gekoppeld aan Cumlaude Newport van Jeroen Engwerda en laat dit nu een van de grote kanshebbers zijn. "Kunnen we mooi eens zien of ik het niet ben verleerd!" besluit hij lachend.

De uitslag van de 'Race of the Legends' in 2015:

nr. paard pikeur

1e

Carl Lewis

Ronald van Stam

2e

Cumlaude Newport

Gerard van Eykelenborg

3e

Vartabas

Gerard Hulleman

4e

Cesc Boko

pikeur

5e

Carl

Marian Vos

6e

Cool and Fanatic

Ad Suykerbuyk

7e

Dynamic Transs R

Luut Dooper

8e

Zwaan's Dean

Roelof Kromkamp

9e

Bruno Lanzarote

Peter Zeegers

10e

Umina Jummy

Harry van Ooyen

11e

Anthony Soprano

Manus Bouwhuis

12e

Cindy Wielinga

Wim Velis



Kees

Boven: Wat een in 2001, als 32-jarige,
overleden paard al niet teweeg kan brengen!
In oktober 2007 werd op Duindigt de Westlanddag
georganiseerd, met o.a. de Grote Kees Verkerk-prijs.
Het NDR-Archief had een tijdelijke Kees Verkerk-expositie
opgesteld in de toto-hal. Er was toen nog geen NDR-Museum
Speciale gast was de schaatser, die hier op de foto in het
midden staat. Links staat Gerard van Eykelenborg met zijn
echtgenote Anne. Rechts eigenaar Cor Disselkoen met
mevrouw Eendenburg uit Monster, die (de draver) Kees Verkerk
gedurende 20 jaar na zijn koerscarrière verzorgde.
Sindsdien is jaarlijks in oktober op Duindigt de herinnering
aan de beroemde draver in stand gehouden in een naar hem
genoemde koers.

Derby

Boven: Gerard en eigenaar Ed Maas met It's Buitenzorg
bij de huldiging na de Derby 1994.
Gerard in 2015, 21 jaar later: "Ed stuurt ons nog altijd
een kerstpakket en belt op mijn verjaardag."







  terug naar boven

© Copyright Archief NDR


Submenu
Geschiedenis:

Klassiekers

Kampioensch.

Rennen

Langebanen

Kortebanen

< Mensen

Diverse